Een andere vrouw staat naast de tafel. Zij bemoeit zich met een vaas met weelderige lelies. Het zijn bekoorlijke bloemen met lokkende stampers en meeldraden.
Eén van de vrouwen leest hardop een bericht. Het gaat over vrouwenbesnijdenis. Jonge meisjes die tijdens vakantie met hun ouders, in Marokko, stiekem tóch besneden worden en daardoor hun verdere leven verminkt zijn.
Iedereen keurt dit fel af. De vrouw bij de vaas ook, en ze voegt er aan toe dat die ouders niet waard zijn dat ze kinderen hebben, en dat ze uit de ouderlijke macht zouden moeten worden gezet.
.jpg)
“Daar kan ik inkomen,” antwoord ik haar, “maar wat u daar doet, dat is toch evengoed genitale verminking!?” Van schrik laat ze haar schaartje vallen. Ze verschiet van kleur. Tussen haar vingers zie ik de zojuist afgeknipte stamper en meeldraden.
“Nog iemand koffie?” roept de man achter de bar.